085-4865262 (dagelijks 8.00u - 22.00u)

Bij voorwaardelijk sepot geen schadevergoeding

Na een voorwaardelijk sepot zou u kunnen proberen om een verzoek tot schadevergoeding in te dienen wanneer de proeftijd is verstreken. Toch zien we in de jurisprudentie dat bij een voorwaardelijk sepot niet snel schadevergoeding wordt toegekend. De rechter wijst het verzoek tot schadevergoeding meestal af wegens het ontbreken van gronden van billijkheid.


Zie o.a.

Bij de stukken van het geding bevindt zich de reactie van de officier van justitie d.d. 9 februari 2015 op het onderhavige verzoekschrift. Hierin staat dat verzoekster niet is vervolgd, omdat het openbaar ministerie van oordeel is dat de verhouding met de benadeelde/aangeefster in deze zaak inmiddels was hersteld (sepotcode 70). Naar het oordeel van het hof volgt hieruit dat er in het onderhavige geval geen sprake is van een zaak die onmiskenbaar zou hebben geleid tot het niet opleggen van een straf of maatregel. Mede in aanmerking genomen dat dit zijn bevestiging vindt in het (straf)dossier van verzoekster, is het hof van oordeel dat er geen gronden van billijkheid zijn voor het toekennen van een kostenvergoeding aan verzoekster. Gelet hierop is het hof van oordeel dat de rechtbank het onderhavige verzoek terecht heeft afgewezen. Het hof zal het hoger beroep dan ook afwijzen.

  • Voorwaardelijk sepot ivm gewijzigde persoonlijke omstandigheden
    Rechtbank Noord-Holland, 21 december 2015, ECLI:NL:RBNHO:2015:11102

    De rechtbank acht in dit geval, alle omstandigheden in aanmerking genomen, geen gronden van billijkheid aanwezig om aan verzoeker enige vergoeding toe te kennen. Anders dan bij een vrijspraak of een technisch sepot geldt dat in geval van een beleidssepot en zeker in geval van een voorwaardelijke sepot de gronden van billijkheid gesteld en onderbouwd dienen te worden. Bij de beoordeling is met name van belang of buiten redelijke twijfel staat dat de strafrechter, later oordelend, tot een veroordeling zou zijn gekomen. De enkele mededeling van de raadsman dat een andere rechtbank in een door hem als soortgelijk gepresenteerd geval een vergoeding zou hebben toegewezen acht de rechtbank onvoldoende grond om tot toewijzing van het thans voorliggende verzoek te komen.
    De rechtbank is op grond van de inhoud van het strafdossier van verzoeker van oordeel dat in het onderhavige geval geen sprake is van een zaak die onmiskenbaar zou hebben geleid tot het niet opleggen van een straf of maatregel. Immers, slechts op grond van de gewijzigde persoonlijke omstandigheden van verzoeker heeft het openbaar ministerie besloten verzoeker niet verder te vervolgen, aldus rekening houdend met de belangen van verzoeker, zoals door zijn advocaat naar voren gebracht. Naar het oordeel van de rechtbank zijn er daarom geen gronden van billijkheid voor het toekennen van een vergoeding aan verzoeker met betrekking tot ten onrechte ondergane verzekering en evenmin voor een vergoeding van de kosten van een raadsman.

Het verzoek zal mitsdien worden afgewezen

Direct contact met een advocaat?
Meld gratis en vrijblijvend uw zaak aan.
Schadevergoeding